Ga naar hoofdinhoud

Estafette regels

1. Algemene regels

  • Team: Een estafette team bestaat uit 4 atleten.
  • Baton: De baton (stokje) moet tijdens de hele race worden doorgegeven.
  • Wisselzone: De baton moet worden doorgegeven binnen de wisselzone (20 meter).
  • Diskwalificatie: Als de baton valt, buiten de wisselzone wordt doorgegeven, of als een atleet de wisselzone verlaat voordat de baton is doorgegeven, wordt het team gediskwalificeerd.

2. Wisselzone

  • Lengte: De wisselzone is 20 meter lang.
  • Markering: De wisselzone wordt gemarkeerd door lijnen op de baan.
  • Binnen de zone: De baton moet worden doorgegeven terwijl beide atleten zich binnen de wisselzone bevinden.
  • Verlaten: Atleten mogen de wisselzone niet verlaten voordat de baton is doorgegeven.

3. Baton doorgeven

  • Grip: De baton moet stevig worden vastgehouden tijdens de doorgegeven.
  • Techniek: Er zijn verschillende technieken voor het doorgeven van de baton (visueel, auditief, blind).
  • Vallen: Als de baton valt, mag deze worden opgepakt, maar het team verliest tijd.
  • Binnen de zone: De baton moet binnen de wisselzone worden doorgegeven.

4. Verschillende estafette afstanden

  • 4x100m: Korte estafette met 4x100 meter, meestal met visuele wissel.
  • 4x400m: Langere estafette met 4x400 meter, meestal met auditieve wissel.
  • 4x200m: Middellange estafette met 4x200 meter.
  • Zweedse estafette: Variatie met verschillende afstanden per loper.

5. Start

  • Eerste loper: Start vanuit startblokken (bij 4x100m) of staand (bij 4x400m).
  • Andere lopers: Starten vanuit de wisselzone.
  • Startlijn: Eerste loper moet achter de startlijn starten.

6. Finish

  • Laatste loper: De laatste loper moet de finishlijn oversteken met de baton.
  • Baton: De baton moet tijdens de hele race worden vastgehouden.
  • Tijdwaarneming: De tijd wordt gemeten vanaf het startschot tot het moment dat de laatste loper de finishlijn passeert.

7. Teamwerk

  • Communicatie: Goede communicatie tussen teamleden is essentieel.
  • Timing: Perfecte timing is cruciaal voor een goede wissel.
  • Vertrouwen: Teamleden moeten op elkaar kunnen vertrouwen.
  • Oefening: Regelmatige oefening van wissels is essentieel.

8. Protesten

  • Protestrecht: Teams hebben het recht om protest aan te tekenen tegen beslissingen van de jury, maar dit moet binnen een bepaalde tijdspanne en volgens de voorgeschreven procedure gebeuren.